Home Fotografie Wat zijn megapixels?

Wat zijn megapixels?

door Dirk Van den Bossche
0 comment 7 minuten leestijd

Een megapixel (vaak afgekort naar MP) is gelijk aan 1 miljoen pixels. Hoe groter het aantal megapixels in een digitale foto hoe hoger de resolutie. Een hoge resolutie is vooral belangrijk wanneer je foto’s wilt afdrukken. Zeker voor afdrukken van groot formaat is het belangrijk dat de resolutie hoog genoeg is om te vermijden dat individuele pixels zichtbaar worden.
Maar een te hoge resolutie heeft ook nadelen. Veel verkopers gebruiken de maximale resolutie van de camera vaak als het ultieme verkoopargument. Maar ze vergeten erbij te vertellen dat de beeldkwaliteit er in bepaalde omstandigheden aanzienlijk op achteruit gaat. Zeker wanneer een camera met een kleine sensor in verhouding te veel megapixels heeft.

Wat zijn megapixels

Zijn meer megapixels altijd beter?

Op eerste zicht lijkt het alsof een camera met 30 megapixels een betere beeldkwaliteit moet opleveren in vergelijking met een camera die maar 20 megapixels heeft. Maar dat is niet altijd het geval. De grootte van de beeldsensor speelt namelijk ook een belangrijke rol in de uiteindelijke beeldkwaliteit.

Stel nu dat een 20 megapixel en een 30 megapixel camera allebei een even grote sensor hebben. Dan zullen de lichtreceptoren (individuele pixels) bij de 30 megapixel camera kleiner zijn omdat ze fysiek dichter bij elkaar staan op de sensor. De grotere lichtreceptoren van de 20 megapixel camera zullen het licht dat de lens binnenkomt nauwkeuriger kunnen meten. Hierdoor ontstaat er minder ‘ruis’ op de foto, dit zijn pixels die niet de juiste kleur lijken te hebben.

Sensor

Niet elke camera heeft een even grote beeldsensor. Zo heeft een spiegelreflexcamera een full frame sensor van 36 x 24 mm, of een iets kleinere APS-C sensor van circa 24 x 16 mm. Terwijl veel compacte camera’s minder plaats hebben voor een sensor, waardoor er een kleinere moet worden ingebouwd. Dat kan een four thirds sensor zijn van 17,3 bij 13 mm, een 1 inch beeldsensor van 13,2 x 8,8 mm, of een nog kleinere plaat van ongeveer 5 x 4 mm. Hoe kleiner de sensor hoe dichter de pixels op elkaar komen te staan en hoe groter de kans op ‘ruis’ in je foto’s.

Resolutie

Hoeveel megapixels je nodig hebt, hangt af van hoe groot je foto’s wilt printen. In principe geeft een hogere resolutie betere resultaten. Maar een camera met veel megapixels kost ook beduidend meer. En je gebruikt ze maar zelden allemaal. Want voor een standaard afdruk van 10 x 15 centimeter, heb je slechts 2,1 megapixels nodig. 3,3 megapixels volstaan voor een afdruk van 13 x 18 centimeter. Een scherpe A4-print maak je al met 8,4 megapixels en een A3-print bereik je al met 18,9 megapixels. Als we uitgaan van een afdruk met 300 beeldpunten per inch. Stel je de resolutie van je printer lager in, dan is het met 18 tot 24 megapixels zelfs mogelijk om minimaal een A1 te halen. En met Photoshop verhoog je de kwaliteit nog meer, tot een kleine baanaffiche. Het is bijgevolg niet altijd even zinvol om een dure digitale camera met een groot aantal megapixels aan te schaffen. De grootte van de sensor en de kwaliteit van de processor die de beeldinfo verwerkt is belangrijker in het bepalen van de beeldkwaliteit.

Lichtreceptoren

Op de beeldsensor in de camera vormt zich een negatief beeld, doordat de pixels aan de achterkant van de sensor dienst doen als lichtreceptoren. Ze vangen het licht dat door het onderwerp en andere elementen op de locatie wordt weerkaatst en via de lens de camera in komt. Dat licht wordt door de processor verrijkt met kleuren, waardoor een duidelijke foto ontstaat. Als je sensor een resolutie van pakweg 20 megapixels heeft, bevinden zich aan de achterzijde van het lichtgevoelige beeldoppervlak 20 miljoen pixels. Die zitten veel beter verdeeld over een grote full frame sensor, dan over een kleine beeldsensor in een compacte camera.

Omdat de grote hoeveelheid pixels op die kleinere oppervlakte dichter op elkaar zijn gepakt. De lichtreceptoren worden kleiner om op deze plaat te passen. Niet alle pixels hebben bijgevolg hetzelfde formaat. Kleine pixels op een beeldsensor zorgen uiteindelijk voor scherpere foto’s, met aanzienlijk meer details. Wat goed is. Maar grotere pixels geven minder ruis bij het uitvergroten. Wat ook belangrijk is. Het komt er dan op aan om het ideale evenwicht te vinden. De meeste goede digitale camera’s hebben een resolutie tussen 16 en 24 megapixels. Maar er bestaan ook systeemcamera’s die meer dan 64 megapixels tellen.

Voordelen van meer megapixels

Veel megapixels bewijzen vooral hun nut wanneer je een camera met een grote beeldsensor en een goede processor koopt, die de informatie van de verschillende lichtreceptoren snel en doeltreffend kan verwerken. En als je daarnaast van plan bent om je foto’s groot af te drukken. Want dan blijven die prints van een prima kwaliteit. Ook al heb je de foto’s genomen bij weinig licht en met een hoge ISO-waarde. Het grote voordeel van een full frame sensor is dat er meer lichtreceptoren op passen, die het contrast en de details beter zichtbaar maken. Terwijl de pixels toch voldoende groot blijven om eventuele ruis in de foto tegen te gaan. Bovendien kun je dan ook nog aan downsampling doen. Wat betekent dat je bestanden die je door hun hoge resolutie normaal op A1 kunt printen, verkleint tot bijvoorbeeld een A3. Waardoor ruis, kleine oneffenheden en een zelfs lichte onscherpte minder of totaal niet meer zichtbaar zijn. Wat allemaal bijna uitgesloten is bij veel kleinere beeldsensoren.

Fotobewerking

Grote, gedetailleerde foto’s zijn eenvoudiger te bewerken. Daarom kopen professionele fotografen die met RAW-bestanden werken, dure full frame spiegelreflexcamera’s of systeemcamera’s. Ook als ze hun foto’s op een klein formaat printen. De ontwikkeling van de RAW-bestanden gebeurt steeds op de maximale resolutie in Adobe Photoshop Lightroom. Waardoor ze gemakkelijker het licht en de kleur van hun foto’s kunnen aanpassen, en elementen klonen of objecten afboorden, om vervolgens de canvasgrootte in te stellen. Zonder veel tijd te verprutsen. De vraag is dan of jij ook van plan bent om al je vakantiefoto’s en familiekiekjes te bewerken. En of je die hoge resolutie nodig hebt, omdat je de foto’s in posterformaat aan je woonkamermuur wilt hangen. Is dat niet zo, dan neem je beter een camera met een iets kleinere beeldsensor en minder megapixels voor je prints en fotoalbums.

Digitale zoom

Tenzij je vaak op safari trekt om wilde dieren te spotten, vogels fotografeert terwijl ze midden in een meer naar voedsel zoeken en de sportieve inspanningen van je kinderen op de foto vastlegt. Want in dat geval is het handig dat je de foto later nog kunt bijsnijden om de actie beter tot zijn recht te laten komen. Dit digitaal inzoomen op je onderwerp, omdat je bij de opname niet over een immens grote telelens beschikt en het zoomen daarna moet voortzetten, kan alleen maar met originele bestanden die voldoende groot en gedetailleerd zijn. Omdat je anders een veel te kleine foto overhoudt, die je niet meer kunt uitvergroten, zonder kwaliteitsverlies. Daarom raden we je hiervoor toch een grote beeldsensor aan van pakweg 24 megapixels. Die verdraagt wel dat je waar nodig enkele megapixels wegsnijdt. Want ook al verklein je het bestand met de helft, dan nog houd je altijd een A4-print over.

Nadelen van meer megapixels

Een grotere full frame sensor levert altijd betere resultaten op. De foto’s zijn mooier dan die van een kleinere sensor met even veel of meer megapixels. Omdat de lichtreceptoren op die grote sensor meer plaats hebben. Waardoor ze elkaar niet verdringen op een te kleine oppervlakte.

Bovendien zijn deze pixels groter en vangen ze meer licht. Veel megapixels op een kleinere sensor betekent automatisch dat ze in grootte afnemen, omdat ze er anders niet op passen, maar ook dat ze minder licht opnemen.

En wanneer lichtreceptoren niet de nodige info capteren om een duidelijke foto te vormen, ontstaat een verstoord beeld met minder contrast en vagere details, meer ruis in de donkere partijen en doffere kleuren met minder nuances.

Kleurenruis

Veel megapixels leveren ook meer kleurenruis op bij hoge ISO-waarden, wanneer je fotografeert in slechte lichtomstandigheden. Sommige camera’s hebben ruisonderdrukking om dat tegen te gaan. Maar als je die instelling gebruikt, gaat dat vaak ten koste van de scherpte. En wanneer details in de foto verloren gaan, ogen ze vaak minder mooi.

Je kunt dit alleen compenseren door een lichtsterke lens op je fototoestel te monteren. Want een lens met diafragma f/2.8 zal meer licht in de camera toelaten dan een lens met f/4 als grootste opening. Wat uiteraard een invloed heeft op de pixels op de sensor.

Een goede lens zorgt er ook voor dat de sluitertijden korter worden, waardoor je minder risico’s loopt op bewegingsonscherpte, die samen met detailverlies nog vagere foto’s kan opleveren.

Bestandsgrootte

Ook kleine lensfouten in goedkope objectieven worden versterkt wanneer je sensor veel megapixels telt. Maar het grootste nadeel van veel megapixels is de bestandsgrootte van elke foto die je met je camera neemt. Waardoor je niet enkel dure >geheugenkaarten nodig hebt, met beduidend meer opslagcapaciteit. Maar je ook nog eens over een snelle computer moet beschikken om de bestanden vlot te kunnen opslaan, verplaatsen en bewerken. Conclusie: veel megapixels zijn enkel zinvol als je een dure camera met full frame sensor koopt, in RAW fotografeert, je bestanden ontwikkelt op een goede, snelle computer en veel opslagruimte voorziet om al je mooie foto’s voor altijd te bewaren.

You may also like

Deze website maakt gebruik van 1st party cookies. Door onze website te bezoeken ga je akkoord met onze standaard voorwaarden. Aanvaarden Meer info